Niet afwikkelen vóór de medische eindtoestand
Artikelen
/
Niet afwikkelen vóór de medische eindtoestand

Niet afwikkelen vóór de medische eindtoestand

Dr. Claire Tilbury
·
09/2025
·
Medische expertise

In mijn praktijk zie ik hetzelfde patroon. De foto oogt netjes, maar het functioneren blijft achter. Bot geneest voorspelbaar. Pezen, kapsel, kraakbeen en zenuwen herstellen trager. Klachten worden pas zichtbaar bij echte belasting: werk, zorgtaken, prikkels. Wie te vroeg afrondt, onderschat restklachten en zet de vervolgzorg onder druk.

Medische eindtoestand of niet?

De definitie is eenvoudig. Medische eindtoestand betekent: stabiel beeld, zonder reële verwachting op verdere verbetering op korte termijn. Ook als er restklachten zijn. Soms is er een relatieve eindtoestand: het herstel gaat traag, maar er is nog kans op verbetering. Dan is afronden niet verstandig.

De cijfers ondersteunen dit. Onderzoek in opdracht van De Letselschade Raad laat zien dat in ongeveer 44% van langlopende dossiers het ontbreken van een medische eindtoestand een hoofdreden is dat zaken open blijven. Dat is geen "traag dossier", maar een nog niet-stabiele medische situatie die tijd vraagt om eerlijk te beoordelen. De Medische Paragraaf van de Gedragscode Behandeling Letselschade (GBL) sluit hierop aan: eerst een zorgvuldig en proportioneel medisch beoordelingstraject, dan pas eindafwikkeling.

Richtlijnen geven hetzelfde kader. De NVN plaatst whiplash/lichte hersenschudding in drie fasen: acuut, subacuut en langdurig. Een deel herstelt binnen drie maanden; een aanzienlijke groep houdt daarna klachten zoals overprikkeling en concentratieproblemen. Stabiliteit onder normale dagbelasting is nodig om te kunnen spreken van een eindtoestand. In de traumatologie en orthopedie (NOV) is de boodschap vergelijkbaar: bij intra-articulair letsel bepaalt niet de röntgenfoto maar het functioneren de uitkomst. Kraakbeenschade en standsafwijkingen beïnvloeden het latere beloop. Ook zonder "nieuwe" beelden kan het klachtenbeeld nog bewegen.

Stabiliteit voor afronden

Vanuit mijn spreekkamer hanteer ik daarom één consequente lijn. Ik kijk niet alleen naar het letsel, maar naar de mens: belastbaarheid in werk en huishouden, prikkelverwerking, slaap en stress. Ik let op het beloop in de tijd. Zijn klachten en dagbelasting de afgelopen weken echt stabiel? Loopt er nog behandeling met verwacht effect? Zijn er reële complicaties te voorzien op korte termijn? Zolang hier geen stabiel antwoord op is, adviseer ik om niet af te wikkelen. Dat beschermt het herstel en voorkomt dat noodzakelijke zorg wegvalt.

Als stabiliteit wél bereikt is, leg ik restklachten en belastbaarheid helder vast in gewone taal. Dan weet betrokkene waar hij of zij aan toe is, kan de behandelaar nuchter vervolgen en heeft de jurist een solide medisch fundament. Zo blijft de afwikkeling medisch verantwoord, in lijn met NVN-kaders, traumatologische/orthopedische inzichten en de GBL.

Mijn kernboodschap is kort. Herstel verloopt niet lineair. Functie gaat vóór foto. Eerst stabiliteit, dan afronden. Dat is in het belang van betrokkene en van een eerlijke, toekomstbestendige schadeafwikkeling.

Meer artikelen

Blijf op de hoogte van onze ontwikkelingen in medische aansprakelijkheid en letselschade.
Bekijk
Medische expertise
8
min leestijd
Waarom vrouwen van 35–45 jaar vaker langer revalideren na een whiplash
Whiplashherstel bij vrouwen 35–45 jaar duurt vaker langer door hormonale veranderingen, sensitisatie en levensfase-stress.

Heeft u vragen over mijn diensten of wilt u een vrijblijvende offerte?

Neem gerust contact met mij op voor een persoonlijk gesprek.
Maak een afspraak